Mensen vertonen een diepe afgunst jegens vrije ongeciviliseerde dieren en ongebonden wilde natuur. Menigeen gaat ervan uit dat ons unieke vermogen om de natuur tot op zekere hoogte te kunnen onderwerpen aan menselijke logica ons boven de dieren verheft.

Grootspraak die nogal vreemd klinkt aangezien er geen enkel dier is dat aanstalten maakt om de verdwijning van zijn eigen soort te bespoedigen met het gereed houden van atoomwapens, biowapens, vervuiling, kunstmatige intelligentie, transhumanisme, medicijnen (derde doodsoorzaak en nog stijgende) en wat er ook maar tot onze beschikking staat. Geen enkel dier behalve de mens handelt met een combinatie van ‘logica’, buitensporigheid, geweten en zelfingenomenheid. Alleen de mens doet zijn best om zowel het leefmilieu te helpen alsmede het naar de k*** te helpen. Alleen de mens is er niet over uit of hij de natuur nu wil verslaan of redden, beschermen of vernietigen.

“We moeten…, …, …, …, …,”

Zie je de overeenkomst tussen de technologische oplossingen die we bedenken en de technologische problemen die we creëren? In zijn manier waarop de mens de planeet probeert te ‘redden’ is hij net zo destructief althans, zo lang de mens ‘aan de slag’ gaat zonder zelf te veranderen.

“Het is volstrekt duidelijk dat de wereld naar de knoppen gaat. De enige mogelijke kans dat dit misschien niet gebeurt is dat wij stoppen met proberen om het te voorkomen .” J. Robert Oppenheimer, uitvinder van de atoombom.

‘Nooit eerder in de geschiedenis is een gehele wereldbevolking op een dergelijke schaal aangestuurd. Eerst veroorzaken ze met beleidsbeslissingen enorme crisis-situaties en dan vervolgens bieden ze zich aan als redder. Een recent rapport van de wetenschappelijke raad geeft advies hoe de regering om moet gaan met crisis-situaties: huishoudens kunnen steeds minder besteden. Net zo als bedrijven hun productie moeten omschakelen, moeten gezonde mensen op andere plekken worden ingezet. Omdat loonvorming bijna onmogelijk wordt is inkomenssteun in de vorm van voedselbonnen voor vrijwel iedereen nodig, Als hierbij dwang nodig is moet de bestaande wetgeving worden aangepast. Oftewel: Als gevolg van de met beleidskeuzes gecreëerde crisis-situatie moeten mensen zich er in schikken dat ze zonder loon te werk worden gesteld in ruil voor een basis-rantsoen. Hoe noem je mensen die in zo’n situatie terecht zijn gekomen? Slaven.
P.S.

`We denken dat de denker verschilt van zijn of haar gedachten. Als ik ontdek dat ik begerig, hebberig of wreed ben dan heb ik het idee dat ik dat allemaal niet zou moeten zijn. De denker probeert dan zijn gedachten te veranderen, hij spant zich er dus voor in om iets te ‘worden’. In dat proces van inspanning borduurt hij voort op het onjuiste idee, de illusie dat er twee afzonderlijke processen zijn terwijl er maar één is’. J.K.

“De spanning die je voelt in je spieren, iedere frons die je maakt in je voorhoofd komt omdat je probeert dingen te forceren die in wezen vanuit zichzelf gaan”.

Vliegen en landen zonder brevet, zonder toestemming, zonder technologische kennis en zonder verantwoordelijkheidsgevoel..

Dieren kennen geen gevoel voor verantwoording

Vaak grijpt men de kans aan om te laten zien dat dieren ondergeschikt zijn. Ga weg! Kom hier! Zit!… Braaf! Ook in de door ons bestierde en be-hooglanderde natuur moeten dieren doen wat wij willen: Ga-weg-jij-hoort-hier-niet! Kom-hier-jij-hoort-hier-wel! Wees wild! doe natuurlijk! Laat me je bijvoeren, wordt een biologische Boswachterhamburger!

De basis voor de menselijke afgunst jegens dieren is gelegen in onze overtuiging dat dieren en met name vrij vliegende vogels geen gevoel voor verantwoording hebben. (en wij wél)

Zonder brevet, diploma, zonder toestemming, zonder paspoortcontrole, zonder hekken en sloten, zonder instructiefilmpjes, zonder overheid, zonder experts, zonder technologische kennis, zonder plicht, dwang, zonder twijfel en zonder het klimaat te veranderen vliegen, landen, jagen, zingen, paren en nestelen zij en zij doen dat zonder ook maar te begrijpen hóe zij het voor elkaar krijgen.

Eigenlijk net zoals het mensen lukt om hun bloed rond te pompen, hun voedsel te verteren, hoe het ons lukt om hormonen aan te maken, geslachtsrijp te worden, virussen te integreren, neurotransmitters te produceren, kippenvel te krijgen, dood te gaan en geboren te worden.

“In de dierentuin van Oebele zijn de dieren reuze aardig
Er zit geen enkele valse bij is dat niet eigenaardig?
En zitten achter tralies is er echt niet bij
Je moet het komen zien zeg alle dieren lopen vrij!”

Dieren hebben totaal geen behoefte aan een geloof. Vogels hebben geen religie nodig omdat zij niet onnatuurlijk zijn. Alleen mensen hebben zoiets nodig. Wanneer mensen onnatuurlijker worden des te meer behoefte er komt aan een geloof. Naarmate een maatschappij onnatuurlijker en technologischer wordt, hoe meer religie er nodig zal zijn.

Die speciale menselijke verworvenheid ( of is het toch een gave?)

Dieren denken niet na over morgen terwijl de zelfbewuste mens met zijn intelligentie, verantwoordelijkheidsgevoel, zijn geweten en zijn grenzeloze drang tot ‘verbeteren’ minstens voor een deel controle heeft over zijn acties. Een dier heeft niet de ‘hogere begaafdheid’ van het s’ nachts doorvergaderen of in het holst van de nacht liggen piekeren over belangrijke beslissingen. Een dier heeft niet die speciale menselijke verworvenheid (of is het misschien toch een gave?) van het zichzelf op de vingers kunnen tikken voor vergissingen die hij gemaakt heeft.

‘I’made this. Deze vergissing heeft ‘ik’ gemaakt

De individuele mens is voortdurend in strijd met zichzelf, zich afvragend of hij wel oplettend genoeg is, niet te veel betaalt, ‘slim’ genoeg is, of hij niets belangrijks over het hoofd ziet, de juiste beslissing heeft genomen en of hij zichzelf wel genoeg onder controle heeft. De moderne mens is een natuur(k)ramp. Hoe meer hij zijn innerlijke conflict weet te pushen ten gunste van zijn rationele ego, des te beschaafder hij zichzelf vindt. Beschaving wordt dus bereikt door het geweld van de mens tegen zichzelf.

Meer dwang en geweld tegen afwijkende, tegengestelde krachten

Wetenschappers vinden dat de mens zijn toekomstige evolutie in eigen hand (oftewel in de hand van het ego) dient te leggen. Dat hij moet uitgaan van zijn ‘eigen’ grillen en niet langer vertrouwen op de grillen van de natuurlijke selectie.

Beseft degene die zulke dingen zegt zich wel dat er op deze manier steeds meer dwang en geweld nodig is tegen afwijkende, tegengestelde krachten die er bestaan binnen het individu en binnen de maatschappij?

De aspiratie om de evolutie te sturen

Het ‘slechte’, het ‘goede’, het ‘slechte’ binnen het ‘goede’, het ‘goede’ binnen het ‘slechte’

De  aspiratie om de evolutie te sturen is ook de aspiratie om te zijn “als God”, en dus – want dit is hoe Westerlingen God zien: om dictator van de wereld te zijn. Wie ernaar streeft ‘helemaal goed’ te wezen of ‘100% gelijk’ te hebben probeert het witte gebiedje uit het zwart en het zwarte gebiedje uit het wit weg te poetsen.

De frustratie over de onhaalbaarheid van dit streven staat voor ieder die het kan zien te kijk als neiging tot rechtlijnigheid, rigiditeit, neuro-rigiditeit, één-duidigheid, groepsdenken, één enkel geluid willen laten horen , neiging tot dwingen, neiging tot het dogmatisch verkondigen van ‘echte feiten’ , gebrek aan of afwezigheid van vertrouwen en liefde, neiging meer te willen controleren en neiging tot diskwalificeren van het ‘dissidente’ buiten en, – let eventjes op- ook binnen zichzelf. Kortom de tentoonspreiding van kenmerken van onbewust denken en handelen.

Het leven zelf is tegenstrijdig alleen leugens kunnen consistent zijn

Het leven zelf is tegenstrijdig, waarom zou waarheid dan niet tegenstrijdig kunnen zijn? Alleen leugens kunnen één-stemmig zijn. Alleen leugens kunnen consequent consistent, rigide, duurzaam zijn. Waarheid kan alleen maar inconsistent zijn omdat zij alles moet bevatten wat het leven zelf bevat.

Juist omdat je denkt dat het leven logisch in elkaar zit probeer je als snel de dingen met elkaar in overeenstemming te brengen. Logica duldt geen tegenspraak. Logica kan geen tegenspraak tolereren. Logica kan niet anders dan aantonen dat dingen elkaar niet tegenspreken. Logica moet wel op de een of andere manier aantonen dat de dingen elkaar niet tegenspreken en als twee dingen elkaar wel tegenspreken dan kunnen zij niet waar zijn.

Wetenschap is gebaseerd op logica en kan daarom niet geheel waarachtig zijn

Eén van beide moet wel fout zijn, ze kunnen niet allebei goed zijn. Logica probeert overal datgene uit te halen wat nergens wordt tegengesproken. Wetenschap is gebaseerd op logica. Daarom kan wetenschap niet geheel en al waarachtig zijn wanneer zij het leven definieert, dat is onmogelijk. Het leven is vol tegenspraak en onlogisch. Het leven opereert via het tegendeel. Het leven is niet bang voor het tegendeel.

Je hoeft niet bang te zijn voor het tegendeel

Tegendelen zijn alleen maar schijnbaar elkaars tegendeel. In diepte werken zij voor elkaar.

Mannen en vrouwen zijn tegenpolen en daarom trekken zij elkaar aan. Anders zou er geen aantrekkingskracht zijn. Het tegendeel, het verschil veroorzaakt die aantrekking. De tegenpolen trekken elkaar aan als magneten. Daarom rijst er een gevoel van geluk op als een man en een vrouw elkaar ontmoeten. Want als twee tegenpolen elkaar ontmoeten doen zij elkaar teniet. Zij lossen in elkaar op. En als man en vrouw elkaar een moment werkelijk ontmoeten – niet alleen fysiek maar totaal als hun wezens elkaar in liefde ontmoeten- verdwijnen beide gedurende dat ene moment. Dan is er geen man en geen vrouw meer, dan bestaat alleen het bestaan en daaruit vloeit die gelukzaligheid voort. Hetzelfde kan zich binnen in jou afspelen want diepgaande analyse toont aan dat binnen jou ook zo’n polariteit bestaat.

Tegenstrijdigheid als creatieve kracht

Een stukje Keltische wijsheid uit Ierland: Een van de interessantste vormen van complexiteit is tegenstrijdigheid. We zijn het bijna vergeten en het wordt tijd dat we tegenstrijdigheid weer gaan ontdekken als creatieve kracht in de ziel. Het moderne Westerse denken – te beginnen met Aristoteles- onderwaardeert tegenstrijdigheid als iets onmogelijks, iets dat verkeerd is en onlogisch. Het was Hegel die als enige de visie, de subtiliteit en de gastvrije manier van bespiegelen had om tegenstrijdigheid te herkennen als een complexe groeikracht. Een groeikracht die veel rijker is dan alleen maar lineaire vooruitgang, die de vele aspecten van een ervaring laat opbloeien. Wat wij nodig hebben is een beetje meer geduld met onze innerlijke tegenstrijdigheid, zodat de verschillende dimensies ervan binnen onszelf met elkaar in gesprek kunnen komen.

De mens heeft geen idee hoe zhij er in slaagt om bewust te zijn

Wij werken vaak vanuit de (vaak stilzwijgende) aanname dat de rationele ego een buitenstaander is die bij zijn geboorte als vreemdeling binnentreedt in een vijandige buitenwereld. De mens die een conceptuele en ideële orde vertegenwoordigt die noodzakelijkerwijs in conflict is met de chaotische complexiteit van de natuur

Maar wanneer dit idee van boven de natuur staan in het daglicht wordt gehouden is het niet echt geloofwaardig omdat wij ook geloven dat bewustzijn en intelligentie door spontane evolutie zijn ontstaan en dat deze zich manifesteren door middel van neurologische systemen die we tot op heden niet volledig kunnen begrijpen. Insgelijks hebben wij geen idee hóe wij er in slagen om bewust te zijn.

Het mag dan een “sprong in het duister” zijn, maar wanneer ik het gevoel heb dat ik mezelf vertrouwen kan dan moet ik me toeverlaten aan mijn complete zenuwstelsel (inclusief de omgeving die daar onafscheidelijk mee samengaat). De andere mogelijkheid is dat ik mijn logica van redenaties met woorden en getallen beschouw als iets dat superieur is aan mijn eigen neurale sjabloon dat dit allemaal voortbrengt, de blauwdruk die dat mogelijk maakt. Beter zijn dan onze eigen natuur: zoals stripfiguur cowboy Lucky Luke sneller zijn pistool trekt dan zijn eigen schaduw. ;-)

Want mijn brein is onmetelijk meer alwetend dan mijn geest: het coördineert gelijktijdig meer processen, meer ritmes en patronen in mijn lichaam dan ik (als ego) mogelijkerwijs zou kunnen bevatten al zou ik er honderd jaar op studeren. Er is geen reden te vinden waarom je de definitie van “ik”, “mijzelf” zou moeten beperken tot het proces van bewuste aandacht, het willen en het symboliseren.

Het systeem van ons denken heeft een ingebouwde fout. — Een ‘systematische fout’. Niet een foutje hier of daar maar een defect door het hele systeem heen.  Kun je je dat voorstellen? Het zit overal en nergens. Je kunt zeggen:  “Ik zie een probleem hier, dus ik zal ik zal mijn gedachten er toe zetten om dit probleem aan te pakken.  Maar “mijn gedachten” is onderdeel van het systeem. Het heeft hetzelfde defect  als het defect dat ik probeer aan te pakken. Of een soortgelijk defect.

We hebben deze systeemfout. En je kunt zien dat dit de hele tijd speelt in alle problemen die we hebben in de wereld.  Zoals de problemen die het fragmenteren van de wereld in landen heeft opgeleverd.  We zeggen: hier is een probleem. Er is iets verkeerd gegaan.  Maar in de manier waarop we ermee omgaan, gebruiken we hetzelfde soort gefragmenteerde denken dat het probleem veroorzaakt heeft, een iets andere versie daarvan; en daarom zal het niet gaan helpen en dingen erger maken dan zij zijn. 

– David Bohm (Bron: Thought as a System, a book that transcribes a seminar held in Ojai, California from November 31 to December 2, 1990)

Professor dr. David Joseph Bohm (1917-1992) was een in de Verenigde Staten geboren Brits theoretisch fysicus en filosoof, die belangrijke bijdragen leverde op het gebied van de kwantumtheorie, neuropsychologie en de filosofie.

‘Eigen ik’ weet zo goed als niets over ‘eigen’ werking

Wij hebben geleerd ons exclusief te vereenzelvigen met dat gedeelte van de hersenen dat functioneert als een soort radar of scanner en dat het centrum van bewuste aandacht en vrijwillig handelen lijkt te zijn. Hoewel het voelt alsof dit centrum verantwoordelijk is voor doelbewust nadenken, voor lopen, praten en doen, weet het ‘eigen ik’ zo goed als niets over hoe het er in slaagt om deze ‘eigen’ acties uit te kunnen voeren.

En daarbij ervaart het ego de zogenoemde autonome lichaamsfuncties als iets wat het domweg overkomt. Zodoende voelt het zich aangestuurd en passief wat betreft sterke emoties, wat betreft het rondpompen van het bloed en wat betreft de productie van adrenaline. Er zijn mensen die deze scheiding van ego en lichaam zien als de onderscheidende menselijke prestatie. Zij hebben het gevoel dat dit ons nu juist in staat stelt om via wetenschap -tot op zeker hoogte- de natuur te onderwerpen aan menselijke logica en controle. En dat het ons in staat stelt om afstand van onszelf te nemen en ons eigen gedrag kritisch te bekijken, kortom om zelfbewust te zijn.

Bovendien gaat men ervan uit dat dit unieke vermogen “ons verheft boven de dieren.” Grootspraak die nogal vreemd klinkt omdat er geen enkel dier is dat aanstalten maakt om de planeet te onleefbaar te maken.

Wij zijn geneigd om te zeggen dat ons lichaam prachtig en knap gemaakt is. Dat iets intelligents blijkbaar helemaal los van onszelf deze ingewikkelde machine heeft vervaardigd. En tegelijkertijd doen we het lichaam af als ‘natuurlijke chaos’ of ‘louter primitief dierlijk functioneren’.

Je met je complete lichaam te vereenzelvigen is taboe en wordt gezien als jezelf overleveren aan de blinde krachten van het onbewuste.
Hoe dan ook, wij zijn ervan overtuigd dat ons innerlijke conflict tussen ego en lichaam, denkvermogen en instinct de essentie is van het beschaafde leven.

Beschaving werkt tijdelijk, voor het bevoorrechte individu

Maar deze benadering is dweilen met de kraan open want wanneer we kijken naar wat beschaving als geheel teweeg brengt dan zien we een monsterachtige plaag van menselijke sprinkhanen, die de planeet kaalvreten en bevuilen. Roofzuchtiger dan haaien en suïcidaler dan lemmingen. Beschaving werkt tijdelijk, voor het bevoorrechte individu, maar voert de consumptie dusdanig op dat er op de niet al te lange termijn amper leven meer mogelijk wordt geacht.

De technologie opgeven is onmogelijk en dit staat ook niet ter discussie. Wat we werkelijk nodig hebben is een technologie die beheerd wordt door mensen die “zelf” niet meer ervaren als iets dat los staat van het lichaam en los van de fysieke omgeving. Want het is precies dit innerlijke conflict tussen ego en organisme dat ten grondslag ligt aan criminaliteit, georganiseerde misdaad, medische criminaliteit, georganiseerde oorlogsvoering en gewelddadige revolutie, in het bijzonder wanneer dergelijk geweld of repressie wordt uitgelegd als rechtvaardigheid en in het belang van menselijke vooruitgang. De meest meedogenloze en verwoestende oorlogen waren ‘rechtvaardige’ oorlogen die werden gevoerd ter ‘bescherming’ van geloof, eer en principes.

Als er dan toch perse oorlog moet zijn, laat het dan een oorlog zijn om vijandelijke rijkdommen en grondgebied. Een oorlog op basis van eerlijke hebzucht, waarin ‘ik’ er goed op zal letten dat ik niet datgene kapot maak wat ik graag wil hebben. Maar net zoals beschaafde oorlogen worden gevoerd vanuit principes, wordt ook de technologische ‘verovering van de natuur’ opgezet voor de zuiver abstracte hang naar geld verdienen, wat iets compleet anders is dan het materiele en sensuele genieten van goed eten, mooie mensen en aangename plekken.

Wat we nodig hebben is niet een technologie die gericht is op oneetbare Euro’s en Dollars, maar op kaviaar en prachtige wijnen voor iedereen op de wereld. Iedere nieuwe technologie brengt nieuwe hoop en catastrofes want technologie is slechts een vergroting van de eigenschappen van de mens. Wat we nodig hebben is niet zo zeer een nieuwe technologie maar een nieuwe mens.

“Het is voor compulsieve wereldverbeteraars moeilijk te zien dat de grote economische,- sociale,- milieu- en gezondheidsproblemen van de wereld niet kunnen worden opgelost met alleen maar inspanning en techniek. De buitenstaander kan niet zomaar binnenvallen zoals Sinterklaas en alles even rechtzetten – in het bijzonder het soort outsider die wij zijn, die vergeten is dat hij een geheel is met de wereld. Zo iemand zal altijd ervaren worden als een bemoeimannetje en indringer. Waar hij precies heen wil dat weet hij eigenlijk niet en daarom weet iedereen dat hij telkens weer meer wil in ruil voor zijn kadootjes. Want als je weet wat je wilt en daarmee tevreden kunt zijn dan ben je te vertrouwen. Maar als je dat niet weet dan zijn je verlangens grenzeloos en is het totaal onduidelijk hoe ze met jou om moeten gaan. Iemand die niet weet hoe te genieten  kan door niets tevreden worden gesteld. 

Een alternatief voor forceren en geweld

Maar de mens voert strijd, ziet van alles in termen van oorlog, dwang en geweld. We worden ‘aangevallen’ door een ‘killer virus’. De mens voert ‘oorlog’ tegen bacteriën, tegen ziektes, werkeloosheid, tegen het water, tegen twijfel, tegen vrije natuur, tegen de opwarming van het klimaat; tegen zichzelf.

Iemand die zichzelf niet ziet als apart van de omgeving, los in de wereld, eenzaam in het universum en die zich realiseert dat hij of zij er 1:1 mee verbonden is, er een geheel mee vormt zou de externe wereld met al haar vele subtiele ecologische balansen respecteren alsof het het eigen lichaam is. Die zou er niet tegen vechten maar er mee samenwerken, zoals een zeiler werkt met de wind zelfs als hij tegen de windrichting in vaart.

Het basisbegrip dat je dan gaat zien is dat het domweg onmogelijk is om jezelf of de wereld te verbeteren met geweld. Want jijzelf bent zowel het organisme als zijn omgeving. Het is net zo futiel als proberen om jezelf aan je eigen kladden boven de vloer op te tillen. Aan dergelijke belachelijke exercities wordt onnoemelijk veel geestelijke en lichamelijke energie verspild. Energie die besteed kan worden aan dingen die je wel voor elkaar kunt krijgen.

Proberen om een slot te forceren verbuigt de sleutel en om die reden zal een werkelijk intelligent mens nooit iets forceren. Hij verlaat zich op judo (betekent: ‘de zachte manier’) Hij plooit zijn zeilen naar de wind, maakt gebruik van de stroming, en splijt het hout langs de nerf. Zo een intelligentie is daarom een alternatief voor geweld.