Op 11 november las Judith (16) in het Badgastenkerkje een zelfgeschreven verhaal voor, over  engelen uit de zee en een helende ontmoeting met haar oma die zij nooit echt gekend heeft. Waz3 was geroerd en verwerkte het verhaal tot een lied dat wij zongen als kadootje op Judith’s verjaardag. Bravo meid!

De Engelen uit de Zee

Heb je je ooit afgevraagd, hoe het kan dat ons prachtige Wijk aan Zee niks overkomt?
Dat er geen overstromingen zijn uit de zee. Of bosbranden in de duinen? Ik zal het je vertellen. Het begon allemaal op het strand van Wijk aan Zee. Daar stond ik dan, aan de vloedlijn. mijn ogen waren gesloten en ik luisterde naar het gezang van de golven. Ik weet nog goed hoe machtig ik me op dat moment voelde. Ik voelde me vrij, alsof ik kon ontsnappen aan alles waaraan ik ontsnappen wilde.

Plotseling voelde ik een koude rilling. Een koude rilling die me kippenvel bezorgde. Ik opende mijn ogen en zag hoe een vlaag mist die uit de zee tevoorschijn kwam, over het strand de duinen introk. Ik geloof dat ik wel tien minuten heb staan kijken naar deze magie. Ik bedacht me dat ik ooit iets gelezen had over zeemist. Over mist die uit de zee tevoorschijn kwam. Maar dit was geen mist. Ik wist het zeker. Bovendien was het niet één vlaag. Het waren meer een soort groepen mist die langs elkaar zweefden. Net als mensen.

Plotseling zag ik hoe uit een van de vlagen een vrouw tevoorschijn kwam. Om haar lijf droeg ze een lange, witte jurk. Die gemaakt leek van de mist die om haar heen zwierf. De vrouw reikte met haar hand naar de hemel en slaakte een kreet. Haar stem was zo teder en zacht, dat het leek alsof ze zong. Na deze kreet verdween ze weer. Ze verdween weer in de mist om haar heen. Ik wreef even in mijn ogen. Ik kon niet geloven wat ik daarnet had gezien.

Ik voelde een drang van binnen. Ik moest weten wat dit voor betekenis had, misschien droomde ik wel. Ik besloot de groepen mist de duinen in te volgen. Ik volgde de vlagen tot ik bij een dal aankwam. Hier zag ik hoe ze zich allemaal bij elkaar voegden en een groot geheel creeerden. Nu doken duizenden vrouwen uit de vlaag vandaan. Ze slaakten met zijn allen door elkaar heen dezelfde kreten en reikten met hun handen naar dezelfde hemel. Al deze vrouwen hadden dezelfde zachte, maar tegelijkertijd krachtige stem en samen klonken ze als een koor van engelen.

Na een poosje verspreidden de vrouwen zich door de duinen. Met open mond stond ik te kijken hoe dit in zijn werk ging. Tot ik op een gegeven ogenblik een koude hand op mijn schouder voelde. Langzaam draaide ik me om. Bang dat een van deze dames mij kwaad wilde doen. Eenmaal omgedraaid kon ik mijn ogen niet geloven. Ik voelde hoe een traan over mijn wang rolde. Voor mijn neus stond mijn oma. Mijn oma die ik eigenlijk nooit gekend heb, omdat ze is overleden toen ik nog maar een jaar oud was.

Ik heb vele verhalen over haar gehoord, en een aantal foto`s va haar gezien. Hierdoor voelde ik me toch verbonden met haar. Alsof ik haar toch een beetje kende. Ik wist precies hoe ze er uit zag. Maar nu stond ze hier. Vlak voor mijn neus. Ze gaf me een liefdevolle glimlach en veegde een traan van mijn gezicht, met haar kille hand die ik plotseling voelde gloeien. Je moet niet huilen mijn lieverd. Vertelde ze me. Ze nam me aan haar hand en nam me mee.

Ze nam me mee naar de hoogste duintop van Wijk aan Zee. Vanaf deze duintop kon ik alles zien.  Ik zag hoe de vrouwen zich nog steeds door de duinen verspreidden. Mijn oma vertelde me dat deze vrouwen engelen waren. Dat alle overleden vrouwen van Wijk aan Zee de taak als engel kregen om de zee en de duinen te beschermen. Dat ze zich verschuilen in de zee. En dat je ze soms, als je heel goed luistert, kunt horen zingen. Mijn oma vertelde me alles over de engelen. En ik hing uren aan haar lippen. Tot ze plotseling zei: het is tijd.

Ik draaide me om en zag hoe alle engelen in de vorm van mist terug de zee in trokken. Natuurlijk begreep ik dat dit het moment was, waarop ik afscheid zou moeten nemen van mijn oma, maar toen ik me terug naar haar draaide, zag ik dat ze was verdwenen. Ik begon te huilen., maar ik was tegelijkertijd dankbaar dat ik haar toch nog heb leren kennen. Een paar minuten later liep ik langs de vloedlijn terug naar huis. Ik zag hoe de laatste engelen de zee weer in doken. In mijn dorp heb ik nog vele malen dit verhaal verteld. Helaas was er niemand die me geloofde. Het maakt ook niet uit. Ik zal het toch nooit kunnen bewijzen. Maar ik weet dat ze bestaan. En als je ooit een mistvlaag door Wijk aan Zee ziet trekken, dan kan ik je vertellen dat het geen mist is. Want ik weet dat het de engelen zijn. De engelen uit de zee.

Judith